Passiefhuiscertificering? Ja, natuurlijk!

Onlangs kreeg ik een telefoontje van Jan Geerts (BCD advies), waarin hij mij informeerde over een wijziging in zijn bedrijfsstrategie: “Voortaan adviseer ik nog maar uitsluitend gecertificeerde passiefhuisprojecten! Het is makkelijker om de kantjes er vanaf te blijven lopen, maar ik wil het goed doen voor mijn klanten.” Jan is een gedreven Passiefhuis-ontwerper en –adviseur. Reden voor een interview, dacht ik. Bij deze.

Een interview met Jan Geerts door Clarence Rose

Uitsluitend gecertificeerde Passiefhuis-projecten… Wat een lef! Wat heeft ertoe geleid dat je hebt besloten om uitsluitend gecertificeerde Passiefhuis-projecten te gaan adviseren?

Veel opdrachtgevers gaan er vanuit dat de adviezen, die ik tijdens de ontwerpfase gegeven heb, volledig en juist overgenomen worden tijdens de bouw. Zodoende is er maar weinig controle of daadwerkelijk gerealiseerd wordt, wat ontworpen is. Als er dan toch vragen komen, moet ik vrijwel direct met een oplossing komen omdat de bouw anders stil komt te liggen. Er is dan maar weinig begrip voor het belang van goed afgewogen besluiten.

Maar nog erger is als er helemaal geen vragen meer worden gesteld zodra de aannemer in beeld is en de problemen pas na oplevering optreden. Het komt helaas te vaak voor dat ze het toch anders maken dan door mij is geadviseerd. Zeer energiezuinig en passief bouwen is op het scherpst van de snede. De bouwkundige en installatietechnische aspecten zijn daarbij nauw op elkaar afgestemd. Maar dat moet dan ook in de uitvoering echt kloppen. Certificering, oftewel kwaliteitsborging, helpt gewoon om mogelijke fouten tijdens te bouw te voorkomen.

Anderzijds werkt het 4-ogen principe ook kostenbesparend.

Kosten besparen door te certificeren… Hoe dan?

Natuurlijk kost een Passiefhuiscertificering expert-tijd en dus ook geld. Maar door samen te kijken naar een probleem kom je gewoon tot betere oplossingen. Bij één van mijn projecten konden we, bijvoorbeeld, kanaalwerk besparen van het ventilatiesysteem door te werken met Vallox, een gecombineerd buitenlucht- en afvoerluchtrooster. Dat alleen al maakte het kostenverschil van de certificering goed. Vaak zit ook de kosten-efficiëntie in de details. Als je die simpeler weet te maken, kom je tot en makkelijkere uitvoering, dat spaart kosten.

Maak jij je het niet zelf erg lastig? Hoe zie jij de acceptie van Passiefhuiscertificering op de markt?

Het ligt er aan hoe de architect dit brengt naar de opdrachtgever. De meerwaarde van certificeren moet helder zijn. Ik werk gelukkig met een aantal architecten samen die het echt begrijpen én voor die kwaliteit gaan. Zij reageerden allemaal positief. Logisch ook, want een architect wil dat hun opdrachtgevers waar voor hun geld krijgen. Ontwerpen dus en bouwen wat hen is beloofd. Hiervoor is kwaliteitsborging nodig, passiefhuiscertificering vanaf het begin van een project is geen overbodige luxe.

Verifieerbare ontwerpkeuzes en minder fouten in de uitvoering

Eelco Dekker van Jade architecten heeft zich gespecialiseerd in passiefhuizen. Momenteel wordt zijn eigen te certificeren kantoor annex woning gerealiseerd in Rotterdam. Sinds een half jaar is hij zelf gecertificeerd passiefhuisontwerper. Voor Eelco zit de grote meerwaarde van een gecertificeerd passiefhuis in de verifieerbaarheid van ontwerpkeuzes.
Maar een belangrijk voordeel is ook dat er veel minder fouten worden gemaakt tijdens uitvoering. Zo is de aannemer van zijn eigen kantoor/woning zich door de certificering bewuster van bepaalde keuzes. Hij weet beter waar hij op moet letten, denkt mee en vraagt feedback aan Eelco. Bijvoorbeeld waarom bepaalde materialen toegepast worden. Soms trekt hij keuzes ook in twijfel of draagt alternatieven aan. Dit komt de uitvoerbaarheid ten goede, zonder dat ingeboet wordt op kwaliteit.

In een ander project is pasgeleden een luchtdichtheidsmeting uitgevoerd. Op voorhand was de aannemer enigszins sceptisch. Nadien voelde het voor hem als een beloning: Hij is bezig op de goede weg! Het is nu duidelijk waar de puntjes op de i gezet moeten worden maar het eindresultaat zal goed zijn. De meting maakt het verifieerbaar. 

Wat is de reden dat nog niet iedereen bouwt volgens de Passiefhuis-standaard? Waarom is deze certificering nu pas aan het opkomen?

De bouwsector in Nederland is gewend aan installaties met flinke overcapaciteit. Dan komen er geen klachten en is er dus niets aan de hand. Behalve een hogere energierekening dan, maar die is voor de klant. Mensen weten vaak niet eens dat hun woning meer verbruikt dan zou mogen, fouten worden vaak niet gesignaleerd.
Bij energiezuinige gebouwen, dus passiefhuizen, leiden fouten in de uitvoering veel sneller tot onacceptabele resultaten. Hoe beter je isoleert, hoe belangrijker de bouwfysisch correcte uitvoering is. Er zijn nog maar weinig partijen die dit door hebben. En het belang  om de kwaliteit vanaf de eerste schetsen tot na oplevering te borgen.

Wat denken jouw opdrachtgevers?

Niemand wil een kat in de zak kopen. Door te ontwerpen met de nZEB-tool/PHPP kun je bewuste, logische keuzes maken. De Passiefhuis-standaard wordt beschouwd als hoogste niveau van bouwen en dus geassocieerd met te duur.
Het tegendeel is waar: De passiefhuisstandaard voorkomt dure bouwfouten en helpt om gebouwen betaalbaar comfortabel te maken. Wat je vaak ziet gebeuren is dat er tijdens de bouw bezuinigingen worden doorgevoerd of mindere materialen worden toegepast – zonder de consequenties ervan te doorzien. Dan betalen opdrachtgevers de hoofdprijs voor een belofte die niet waar wordt gemaakt.

Wat is de toegevoegde waarde voor de aannemer en installateur om mee te werken aan Passiefhuiscertificering?

Passiefhuiscertificering biedt voor hen een uitgelezen kans om zich te onderscheiden. Het is een kwaliteitsmerk voor partijen die achter hun werk staan en in het realisatieproces niets te vrezen hebben omdat hun werkprocessen inclusieve de kwaliteitsborging goed zijn.

Als je als aannemer deze kwaliteitsborging aanbiedt, ben ik ervan overtuigd dat je daardoor bekendheid verwerft, meer opdrachten krijgt en prettiger samenwerkt met je klanten. We hebben in Nederland al veel partijen opgeleid bij KERN, die weten hoe het moet. Voor hen is het gewoon een kwestie van doen.

Het is op dit moment druk genoeg voor de uitvoerende partijen…

Dat wel. Maar bouwen volgens de Passiefhuis-standaard helpt juist als het druk is! Deze certificering zorgt voor duidelijkheid en helpt om mogelijke problemen te voorkomen. Je moet er misschien iets meer voor doen aan de voorkant, dossiervorming, zorgen dat je mensen bouwen zoals het op papier staat. Maar de kans dat je terug moet komen om fouten te herstellen is veel kleiner. Dat is tijdwinst én financiële winst. En er komen vast weer tijden waarin je reputatie echt van belang is.

Passiefhuis-standaard in het kort

Wereldwijd erkende kwaliteitsstandaard voor zeer energie-efficiënte gebouwen

Wetenschappelijk gefundeerde kwaliteitscriteria met oog op

  • Gezond binnenklimaat
  • Thermisch comfort in alle seizoenen
  • Betaalbaarheid (laagste kosten voor de gebruiker)

De passiefhuis-standaard is van toepassing op bijna alle soorten gebouwen: woningbouw, utiliteit, groot en klein, nieuwbouw en renovatie.

Kijk hier voor de eisen aan passiefhuizen.

Er zijn ook eisen voor producten die toepasbaar zijn in passiefhuizen.

En voorbeelden van uitgevoerde passiefhuisprojecten vindt je hier.
Passiefhuis-standaard

Wat helpt jou om passiefhuizen optimaal te kunnen ontwerpen?

Het is van belang om zo vroeg mogelijk betrokken te zijn in het proces en dat de architect open staat voor mijn input, mij mee laat denken. De positionering van ruimtes en gevelopeningen is bijvoorbeeld van belang voor het energetisch goed functioneren van een gebouw. Daarbij is de wens van de opdrachtgever bepalend. Ik moet dus ook van hen weten wat ze willen, hun wensen kennen t.a.v. het binnenklimaat (is het voor hen wel/geen probleem als het huis warm wordt in hartje zomer, hechten ze waarde aan het uitzicht naar buiten,…). Dat is echt van belang om juiste adviezen te kunnen geven.

En de uitwisseling met de architect leidt vaak tot super mooie resultaten. Als dan ook nog een certificeerder meekijkt komt dat het eindresultaat ten goede. Zij brengen een berg kennis in, een andere blik, ook vanuit internationaal perspectief. En het 4-ogen-principe is in deze complexe materie een no-brainer.

Bedankt voor het interview en veel succes met je projecten, Jan!

Delen